- Het Noorse staatsinvesteringsfonds heeft in 2023 een recordwinst geboekt van omgerekend 190 miljard euro.
- Het fonds belegt sinds 1996 de inkomsten uit aardgaswinning, en is inmiddels vijftienhonderd miljard euro waard.
- Nederland heeft nooit een aardgasfonds opgezet, maar had daar wel miljarden uit kunnen halen.
- Lees ook: Gasprijs kan in 2024 hoog blijven door onzekerheid over levering van voldoende vloeibaar aardgas
Een land dat z’n energiebaten in een beleggingsfonds stopt, kan daar veel profijt van hebben. Het staatsinvesteringsfonds van Noorwegen, dat de olie- en gasbaten van het land belegt, heeft vorig jaar een recordwinst behaald van 2.200 miljard Noorse kroon, omgerekend zo’n 190 miljard euro.
Het beleggingsfonds profiteerde vooral van zijn beleggingen in technologiebedrijven en een waardedaling van de Noorse kroon.
“Ondanks de hoge inflatie en geopolitieke onrust was de aandelenmarkt in 2023 erg sterk, vergeleken met het zwakke jaar 2022. Vooral techaandelen presteerden zeer goed”, zei topman Nicolai Tangen.
In 2022 leed het fonds, dat de olie- en gasinkomsten van de Noorse staat investeert in onder andere aandelen, obligaties en vastgoed, nog een recordverlies. Dat kwam doordat de aandelen van techbedrijven in dat jaar flink daalden.
Het fonds heeft belangen in ruim 8.800 bedrijven waaronder grote namen als Shell, ASML, TSMC, Nestlé, Apple, Amazon, Microsoft, Facebook-eigenaar Meta Platforms en Google-moeder Alphabet, en bezit 1,5 procent van alle beursgenoteerde aandelen in de wereld. In totaal heeft het staatsfonds een beheerd vermogen van omgerekend zo'n 1.500 miljard euro.
Het totale beleggingsrendement van het Noorse staatsfonds kwam vorig jaar uit op 16,1 procent. Het rendement van beleggingen in aandelen, goed voor bijna 71 procent van de portefeuille, bedroeg ruim 21 procent.
Het rendement op obligaties bedroeg dik 6 procent, terwijl vastgoedbeleggingen ruim 12 procent minder opleverden.
Het fonds investeert ook in niet-beursgenoteerde duurzame energieprojecten. Die leverden een rendement op van 3,7 procent.
Nederland had aardgasbaten ook kunnen beleggen
Nederland heeft met de grote gasbel van Groningen sinds de jaren 1960 ook decennia lang de beschikking gehad over aardgasbaten. Anders dan Noorwegen heeft Nederland er nooit voor gekozen zijn aardgasbaten via een staatsinvesteringsfonds te beleggen.
De baten gaan sinds sinds de start van de winning in 1966 jaarlijks op in de algemene middelen van de rijksbegroting.
De Algemene Rekenkamer heeft enkele jaren geleden onderzocht wat Nederland had kunnen verdienen door de Noorse strategie te volgen. Hiervoor is de Algemene Rekenkamer uitgegaan van een scenario waarin de Nederlandse overheid vanaf 1966 jaarlijks de aardgasbaten had belegd via een staatsinvesteringsfonds.
In dit scenario gingen de onderzoekers uit van een gemiddeld rendement van 6,5 procent per jaar - het gemiddelde rendement van het Noorse fonds voor de periode 1998 - 2021.
Zou de Nederlandse overheid via de Noorse strategie belegd hebben, dan had er op 1 januari 2022 naar verwachting ruim 1.600 miljard euro in het fonds gezeten. Dit scenario gaat ervan uit dat de overheid geen geld uit het fonds zou hebben gehaald.
De Algemene Rekenkamer heeft ook een scenario uitgewerkt waarin de Nederlandse overheid jaarlijks vier procent aan het fondsvermogen had onttrokken voor overheidsuitgaven. In dat geval had er op 1 januari 2022 nog 536 miljard euro in het fonds gezeten. Tegelijk was er tussen 1966 - 2021 totaal 388 miljard euro uitgekeerd voor staatsuitgaven.
In 2021 had de overheid op die manier 21 miljard euro kunnen bijschrijven voor de inkomsten van de rijksbegroting, zo schrijven de onderzoekers.